Het getal elf cirkelt al sinds 1991 als een gier boven mijn hoofd. In dat jaar ga ik eindelijk naar Rusland. In de Witte Zee beland ik op de idyllisch gelegen Solovetski eilanden.
De bewoners strooien met vreselijke verhalen. Het blijkt dat tijdens het regime van Stalin het gezichtsbepalende klooster lang dienst heeft gedaan als strafkamp. De euforie rond de ontmoeting met het huis van de absurdistische schrijver Daniil Charms in het begin van de reis in St. Petersburg wordt wreed verstoord. Op de Bijlenberg op de Solovetski eilanden overkomt mij iets geks. Het verlangen, het absurde en het wrede culmineert in 'iets ongekends dubbel'. Een duizelingwekkend fenomeen brandt in mij.
Ik ben 11. Juffrouw Smit, mijn lerares van de vijfde klas , vraagt welk land je graag wilt bezoeken. Terwijl iedereen naar Amerika wil ben ik de enige die zijn zinnen heeft gezet op Rusland. Anderhalve week na thuiskomst en nog steeds in de ban van het dubbele gevoel, plaats ik op 11 november 1991 een advertentie met de tekst IKHERHAAL11, de elfletterige toverspreukachtige constructie ALBLCLDLELF en daaronder in kleine lettertje mijn naam. Deze advertentie is mijn meest raadselachtige kunstdaad tot nu toe.
In 1991 heb ik gezworen dat ik 11 jaar later de elf weer in de vaart der volkereren mocht plaatsen. In 2002 (waarbij 2002:11=182 en 1+8+2=11) herhaalt de geschiedenis zich weer.